De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden was in de 17e eeuw een van de machtigste en rijkste landen ter wereld. We noemden deze periode de 'gouden eeuw’ omdat het erg goed ging met Nederland. Het waren welvarende tijden en dat was vooral te danken aan de scheepvaart. Het museum verwijst tegenwoordig naar deze periode als de 17de eeuw.

Let op: deze tentoonstelling was voor het laatst te bezoeken op zondag 5 juli 2020.

Wat was er te zien?
Je ontmoette personages, zoals zeevaarders en wetenschappers uit deze bijzondere periode en kon luisteren naar hun persoonlijke verhalen.

Voor wie was deze tentoonstelling?
Deze tentoonstelling was geschikt voor gezinnen met kinderen vanaf 10 jaar en is gemaakt met steun van het Gieske-Strijbis Fonds.

Hoe lang was de tentoonstelling te zien?
De tentoonstelling over de 'gouden eeuw' was voor het laatst te bezoeken op zondag 5 juli 2020.

Waar in het museum was de tentoonstelling?
Je vond de tentoonstelling in de westvleugel van Het Scheepvaartmuseum.

Bijzondere mensen uit de Gouden Eeuw vertellen hun verhaal in de westvleugel van Het Scheepvaartmuseum.

Wanneer was de 'gouden eeuw' precies?

De 'gouden eeuw' in Nederland begon tegelijk met de oprichting van de Verenigde Oost-Indische Compagnie in 1602. Je kunt eigenlijk wel zeggen dat de 'gouden eeuw' een gevolg was van de oprichting van de VOC. Het wordt de 'gouden eeuw' genoemd omdat het in de zeventiende eeuw heel goed ging met Nederland. De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden was in de zeventiende eeuw zelfs één van de rijkste landen van de wereld!

Wat betekende de 'gouden eeuw' voor Nederland?

Geen land ter wereld had zoveel schepen als Nederland. Dankzij de scheepvaart bloeide de handel op. Door de oprichting van de VOC kwamen er goederen uit alle windstreken. Niet alleen de handel bloeide in de 'gouden eeuw': Nederlandse kunstenaars en wetenschappers uit die tijd zijn nog steeds wereldberoemd, zoals Antonie van Leeuwenhoek, Christiaan Huygens, Spinoza en Ferdinand Bol.

De donkere kant van de 'gouden eeuw'

Maar de 'gouden eeuw' kent ook donkere kanten. De Nederlandse koopmannen die rijk werden van de handel met verre landen gingen vaak niet erg zachtzinnig te werk. Soms moorden ze hele dorpen uit om hun zin te krijgen. En naast een hoop rijkdom bestond er ook heel veel armoede. Het ‘gewone’ volk werkte 6 of 7 dagen per week voor een schamel loontje. Zelfs kinderen vanaf 6 jaar werkten om met het gezin rond te kunnen komen.

Een interactieve tentoonstelling

Maak kennis met de 'gouden eeuw' op een bijzondere en persoonlijke manier. Ontmoet het meisje Amimba, dat al op jonge leeftijd als slaaf moest werken. En visserszoon Jan Janszoon Weltevree. Die helemaal geen schipper wilde worden, maar uiteindelijk als een van de eerste Nederlanders voet aan wal zette in het verre Korea.