Het stond op de leeslijst van menig middelbaar scholier: “De reis om de wereld in 80 dagen” van schrijver Jules Verne (1828-1905). Jules Verne was niet alleen schrijver, maar ook toekomstdenker. Zijn reisverhalen stonden vol met bijzondere technieken die voor die tijd nog onmogelijk bleken. 
 

Het lag op de leestafel van elke watersportliefhebber: het tijdschrift de Waterkampioen. Honderd jaar na de geboorte van Verne was daar tekenaar en futuroloog Robbert Das (1929). Das tekende op uiterst precieze wijze tal van bekende schepen in 3D. Soms voorzag hij de schepen op zijn tekeningen ook van technische innovaties die in werkelijkheid nog niet waren toegepast. Zijn werk werd vanaf 1953 jarenlang gepubliceerd in de Waterkampioen.

Liefde voor de zee

Een schrijver, een tekenaar en beide futuroloog. Met een eeuw tussen beiden, waren er toch zeker duidelijke overeenkomsten. 

Met hun creatieve geesten namen ze vaak een loopje met bestaande technische mogelijkheden. Bovendien hadden ze beide een grote liefde voor de zee en waren het kundige oceaanzeilers met een hoog werkethos. Ondanks hun kijk op de toekomst hadden de schrijver en de tekenaar nooit kunnen voorspellen dat hun carrières elkaar vlak voor de millenniumwisseling zouden raken. Dit gebeurde in de vorm van de Commodore Explorer en de Enza New Zealand. Twee zeer snelle catamarans die op dezelfde dag in januari 1993 vertrokken voor een non-stop poging de wereld rond te zeilen in een race om de Jules Verne Trophee. Geheel naar het boek mag deze trofee alleen worden uitgereikt aan de schipper en het schip dat non-stop de wereld rondgaat… in 80 dagen. 

Multi Hull Commodore Explorer.

De Jules Verne Trofee

Je mag de trofee houden totdat het snelheidsrecord weer wordt verbroken. Tijdens de race ben je verplicht de drie grote kapen te ronden: Kaap de Goede Hoop, Kaap Leeuwin - de westkust van Australië - en Kaap Hoorn. Er zijn geen eisen aan de vorm en afmetingen van een deelnemend zeilschip maar het zijn opvallend veel catamarans, op een handje vol trimarans na. De race eindigt en start tussen twee vuurtorens op het meest Westelijke puntje van Frankrijk, op het eilandje Ushant.

De Commodore met als schipper Bruno Peyron en de Enza New Zealand onder leiding van Robin Knox-Johnston en Peter Blake streden niet zozeer tegen elkaar, maar vooral tegen de elementen en het grote gevaar van kapseizen. Een catamaran slaat immers veel sneller om dan monohulls met een kiel. De Commodore kwam in grote moeilijkheden in de Zuidelijke Oceaan waarbij een storm ter nauwe nood werd overleefd. Enza bleef noordelijker en bleef daardoor uit de gevaarlijke ‘roaring 40-ies’. De ‘lijn’ van de lengtegraad waaronder het behoorlijk kan spoken omdat het daar harder waait. Hardere wind betekent een hogere snelheid maar ook zeker meer gevaar. 

Enza New Zealand, 1993

Helaas moest Enza de race opgeven toen het in aanvaring kwam met een onbekend object. Zij moesten in Zuid-Afrika aan wal voor reparaties. De Commodore had de overwinning nog niet veiliggesteld: bij het ronden van Kaap Hoorn krijgt de bemanning 70 knopen wind op hun dak. Ze maakten alles klaar voor een mogelijke kapseizing en hielden rekening met het ergste. Het schip en zijn crew overleefden het avontuur. Drama na drama stapelt zich op als ze in april in aanvaring komen met twee walvissen en er flinke schade ontstaat waardoor het schip nauwelijks meer snelheid maakt. Winnen in naam van Phileas Fogg, de hoofdpersoon in het boek van Jules Verne, was allang niet meer het doel. Veilig finishen wel. 
De race eindigt in 1993 zoals een spannend boek behoort te eindigen: op het randje. Bruno, zijn team en de Commodore finishen na 79 dagen en zes uur bij de fameuze vuurtorens. Een absolute wereldprestatie. Lang stond dit record niet, want het waren Knox-Johnston en Peter Blake die het jaar erop terugkwamen voor revanche: zij waren een jaar later vijf dagen sneller. 

Robbert Das 

Robbert Das was groot bewonderaar van deze snelle schepen en tekende de twee catamarans met grote precisie. De details op zijn tekeningen zijn fenomenaal. Ook zorgt Das ervoor dat buitenstaanders een klein beetje kunnen voelen hoe leven op en ‘in’ een catamaran moet zijn. Maandenlang op de oceaan, in een onderdekse ruimte ter grootte van een doodskist? Slapen in een kajuit van de Bolero, zoals op de tekening van Das hieronder, is een stuk minder spartaans dan op een catamaran. 

Bolero, 2008

Museummateriaal 

En de huidige trofee? Die is in handen van de Fransman Francis Joyon die in 2017 het record verbrak met zijn trimaran IDEC Sport in een tijd van 40 dagen en 23,5 uur. Hij was vijf dagen sneller dan het record gezet in 2012. Bij hem thuis staat een kopie van het originele exemplaar, dat goed bewaard wordt in het Nationaal Maritiem Museum in Parijs. En Robbert Das? Hij heeft de hele zomer een ereplekje in Het Scheepvaartmuseum in Amsterdam: 36 grote tekeningen van bekende schepen hebben een plek gekregen in de tentoonstelling Robbert Das: Watersport in perspectief

Deze must-see werken voor watersportliefhebbers zijn tijdelijk te bezichtigen t/m 22 oktober in Het Scheepvaartmuseum.

Auteur: Marleen Manneke